Het Nederlandse tijdschrift hifi.nl testte eind oktober 2022 de Canor DAC 2.10 en was onder de indruk van de geluidskwaliteit:
“Ondanks dat de DAC 2.10 niet bij de duurste D/A-converters hoort, waren we na de eerste luisterervaringen ervan overtuigd dat hij zijn plaats kan innemen in een high-end systeem. Daarom hebben we de Canor DAC 2.10 uitgebreid beluisterd in combinatie met een Hegel H590-versterker en Focal Sopra N°2 luidsprekers, met een Auralic Aries SE als digitale bron aangesloten via AES/EBU. We gebruikten ook de Perlisten R5t vloerstaande luidsprekers, die veel informatie geven over een opname (en dus ook over de kwaliteit van de D/A-converter).
We hebben enorm genoten van het luisteren naar de DAC 2.10. De vraag was echter of deze Canor iets anders zou bieden dan bijvoorbeeld de M6x DAC of andere DAC’s (zoals die van Matrix Audio) die we eerder dit jaar in de testruimte hadden. En dat doet hij.
Zo klonk Police Dog Blues van Lambchops gloednieuwe album The Bible (Qobuz 48/24) prachtig op de Perlisten-luidsprekers. De Canor DAC weergaf dit nummer met een licht warme toon en veel soul, wat perfect past bij de stem van Lambchop-zanger Kurt Wagner. Vanaf de eerste tonen van His Song Is Sung, die veel strijkers en een vleugje piano bevat, werden we verliefd op dit geluid. Men moet altijd voorzichtig zijn met de uitspraak dat een bepaalde DAC-chip een specifiek geluid heeft, want wat je hoort, hangt niet alleen af van de gekozen chip. Dit wordt hier bewezen, omdat de DAC 2.10 zijn buizentrap effectief gebruikt om toch niet het stereotiepe ESS-geluid te produceren.
Dit betekent overigens niet dat de weergave wollig of zacht is; hij is precies, gedetailleerd en ritmisch strak. Maar er is meer. De Morgan Page-remix van deadmau5’s Imaginary Friends of Monophobia in de Sian-remix op Here’s the Drop! klonk bijvoorbeeld erg krachtig en groots. Dat hadden we eigenlijk niet verwacht.”
Met de Focals luisterden we exclusief naar werken van Paul Wranitzky, onlangs opnieuw opgenomen door de Akademie für Alte Musik Berlin (ALAC 96/24). Bij La Paix, Op.31/Postolka 12: III. Allegro, registreerden we een zeer aangename “Ik ben erbij”-realiteit, vooral wanneer halverwege de pauken klinken. Dit werk begint zachtjes en barst dan uit met enkele stevige dynamische pieken. Met de Canor DAC blijft het luisterplezier echter steeds gelaagd en genuanceerd, waarbij bijvoorbeeld de fluit te midden van alle muzikale kracht haar eigen karakter behoudt.
Hetzelfde geldt voor World of Blue, een nieuwe en veel te korte release van de slowcore-band Spain. Zoals te verwachten van dit kwartet, staat het album vol met langzame, melancholische nummers met fantastische jazzgitaren. Zo’n spaarzame muziek, maar toch met veel diepte en detail – iets wat de Canor DAC 2.10 prachtig naar voren brengt. Het zachte tikken op de hi-hat, de helder klinkende gitaarnoten met lange sustain, de repetitieve bas in Phone Machine, het klinkt hier allemaal zeer fascinerend.
Conclusie
Een deel van het plezier met een DAC zoals deze is dat je in alle rust naar je favoriete muziek kunt luisteren en de verschillende subtiele filteropties kunt uitproberen als een fijnproever. Of je kiest gewoon wat je het beste bevalt en laat de DAC voor altijd in die instelling staan.
De Canor DAC 2.10 richt zich vooral op fijnproevers. Een hoogwaardige DAC die dankzij de combinatie van dual-mono-opbouw en een buizenuitgangstrap het beste van alle werelden biedt. Geen klinische converter, maar een apparaat dat je muziekcollectie precies en toch organisch naar de versterker stuurt.
Lees de hele test hier Handelaar zoeken